This post contains erotic themes and is intended for readers 18 and older.
Table of contents
Open Table of contents
- Introit
- Taal van een kind
- Kleurplaat
- Metalen salamander
- любов, нарешті
- Мамині очі
- Hej Bogdan
- Tantes vloek
- Gloria Patri
- Jaloerse enkels
- Ik ben Ilyich
- Kleverige Aria
- Rouge
- La u jou fui dedens la mer
- Requiem for Ilyich
- Snaren van huis
- Vrouw des huizes
- Wild wijf
- Achilleshiel
- Estafette
- Neha!
- Наро́дная во́ля
- Romanum militem interficite
- A Husband’s Gaze
- Klaarkomen
- Beschluß
Introit
Ehre sei dir, Christe, der du littest Not an dem Stamm des Kreuzes für uns den bittern Tod, und herrschest mit dem Vater dort in Ewigkeit, hilf uns armen Sündern zu der Seligkeit. Kyrie eleison, Christe eleison, Kyrie eleison…
Heinrich Schütz
Taal van een kind
zuigend aan haar tiet
is melk zijn taal
zijn moeder het lied
dat wordt verslonden
aan moeders schrale wonden kleeft hun verhaal
zuigend aan zijn duim
is ze onnodig hard
hard onder het badschuim
dat altijd wordt verzwegen
doortastend heel verlegen zijn klamme haren ontwart
moeder is zo lief, moeder is de beste
als hij haar zoenen wil en zijn dorst weer eens mag lesten
moeder is zo aardig, moeder is zo mooi
als hij haar rokken optilt haar hand volgt in de natte huidplooi
vader is zo wreed, vader is gestoord
als hij haar van hem afpakt en haar bijna vermoord
vader is roekeloos, vader is zo kwaad
als hij haar openrijt en bloedspuwend achterlaat
moeder is van mij
maar moeder is zo anders
met mannen om haar heen
mag ik er niet meer bij?
mam, ik hou van jou, ik mis je welke dag
vrees niet want zijn kind zal je bevrijden
als onze lijven hard en eenzaam zijn
Kleurplaat
Achter de verwoeste dagen van natte ogen
ligt ze op bed, kind in de houtgreep —
haar groene vent in het gele veld
Trots maar bang voor de zwarte nacht
purperen flitsen in de lucht doen haar zijn rode taal
haten waarin hij
haar zal schaden
haar land
besmetten;
moeders verkracht, verdachte raketten op verwachte plekken
niets gespaard, alles verlaten
Het bedrog is eenzaam als ze haar okeren ogen laat gaan langs de vele grijze stenen
Namen eens haar bloedverwanten, zal haar kind deze roze wereld erven?
Het bruine jaar is laat en ze kan niet meer huilen
Zijn wijf! De moord! Haar geliefde!
Moe en sloom haar laatste rode kus
drukt op zijn
natte kapotte witte lijf
— gewikkeld in —
het blauw-geel van hun vergeten liefde
Metalen salamander
Laten we samen het gras onder ons
Kunst vergeten en tante slopen
Waarom herinneren alsof
En haar de mond snoeren
God kijkt en fronst
We maken tosti’s
Laat me mijn Soldaat omhelzen
Terwijl tante me tongzoent
En de natuur bleker waait
Z’n lichaam is zo warm muze
Weet je nog toen we de ruggegraat lieten leeglopen?
Vanka wist het, —
любов, нарешті
Люба моя
на нещасливій землі щаслива пара поцілувала клімат
це було м’яко, і вони сміялися, коли
вони дивилися
зелені очі їх гарної нової дитини
прекрасна душа
використовували та зловживали
наповнений бажаннями
пошкоджено і спустошено
в країні, яка не вдома
(кращі дні)
чоловік і природа покликала
два відкинуті, два благословенні
бачення цукрових слив
сльози радості та зневаги
серце, наповнене бажаннями
кращі дні не настали
шукає нових вогнищ
в обіймах друга
(любов, нарешті)
закінчити те, що ніколи не починалося
нарешті могла сказати вона
Я щиро люблю когось
Мамині очі
Ik verzoop in haar zoete moeders tranen
Alles deed pijn; Wilde sterven vaders manen
Elke keer voelk God’s ogen in haar open mond
Ze ontvangt me, kuste de etterende open wond
Moeder van m’n broer, moeders hoer
Wanneer kan ik haar moeder noemen
Gegeven liefde schietend benoemen
Sterven van geluk voeten op de vloer
Wil bij je zijn, samen onze luba liefde erven
Rennen met de wolven-vrienden van Ruslan
Hem, de leiding geven, ons leiden: je man
Nooit meer alleen zijn tot God’s ogen sterven
Moeder van allen, koningin van land en wolk
Ik val en kijk omhoog, ik zal voor je moorden
Lichamen breken in naam van je volk —
En troost vinden in je mystieke woorden
Onze moeder is mijn toekomst
Zal het land dwingen te bidden
Voor jou; Godin die mij het blonde goud gaf
De rest is van geen betekenis —
gestorven in vergeten geschiedenis
Hej Bogdan
Lieve kogel die m’n hart stal
Ik ga je liefhebben en kussen
Net zoals Simon wilde je je plek
En de belofte is van jou, 50000
Zullen je volgen, maar haat de Joden
Jij zult zegevieren en ons huis maken
Onze loden liederen grommend doden
Verliefde gelovigen liefdevol aanraken
Je leerde me Kozakken snaren kroelen
Diep in het je ruiken waar ze grijpen
Keihard afstraffen die niet willen voelen
Aan gewonnen eigendom grof vergrijpen
Met het wolfen-broertje zullen we samen
De regio ontdoen van onwillige vrouwen
Zoals God het wil…
Амінь
Tantes vloek
Als de zoenerige dag een naam
Had ik in je hete dijen gebeten
Waren we gezellige lovers? - starend
Naar het te lange gras
En de bloedende zoon vergeten
Wist je dat Charles me kuste?
Gisteren in zijn pijnlijke droom
Zij wist van niets; de bloedhoer!
Weet mijn liefde te herkennen
Zelfs Paul voelt onze blik
Ik ben je geile man, jij
Charles die me liefhad
En tante die m’n leven verpestte
Gloria Patri
En als je je vader niet kent
Zul je altijd eenzaam en verrot zijn
Honderd-zes moeders nooit genoeg
Om je mooi te maken dus pak je geweer
Vaders rubriek zal je toga kleuren!
Moeders moord zal met buurmans gebed
goed genoeg voor de rekkelen en enkelen,
jij weet witte Vader —
jij hebt onze harten met paars bloed gevuld en op ons brood gescheten
Jaloerse enkels
kroelend en likkend stel ik vragen aan je hoge enkels die me vertrouwen om eerlijk de hoge priester de deur te wijzen en ogen te sluiten voor de roem- en naamloze minnaar die je laat spugen op zijn dikke tamp en liefkozend de harige Arabier noemt en je blanke huid laat bevuilen zodra je geurige poes smakkend naar je man lonkt en de lieve episkopos vergeeft voor de eeuwige liefde die hij haar verliefd bejubeld en zich eenzaam zal verhangen aan je blonde krullen bungelend aan je mooie enkels als een mislukte Pool
Ik ben Ilyich
Zo kennen ze me?
hij die lijkt, maar spreekt in
Tranen, zijn vrouw terugbracht
maar het lichaam wil niet meer
Te laat voor een revolutie
het oude hart droomt van liefde
lachend haar begraven
ik eet van dit land en vertrek wijzer
Vanka wist het, bezong je koude lijf
onze broers geven er niet om
pratende kutjes gelijk menig wijf
onze poëzie vormloos uitbrakend loom
Ik mis je blik
je bent één beeld
ik roem je vaderland
ze zal ons verraden Ilyich
Kleverige Aria
Kom we wandelen
De Kozakken eisen seks
Hun lepe maan zal ons leiden
Kinderen zingen, moeders tongen
In het gele gras zal ik Rome leiden
En geurend zaad verspillen, trots handelen
En tante vermoorden, de jonge honingheks
Verlangen haastig verkracht en verdrongen
Kom mee, ik zal je doden, gretig meten
en onze zonen zoetjes verkopen
Rouge
Wat ben je mooi sneeuwvlokje
Vosje nekt je liefde en ik smelt
Je hete adem ontneemt de mijne
Kus m’n eikel voor de ochtend brult
Koffie verkeerd, hoerenliefde heerst
Hij heeft je gesluierd - nieuw land geëerd
De vreemde klanken noemen
Ren met de wolvenkinderen -ren
Je bikini, rode loper mijn (.)(.)genziel
Tijd stopt — tanden diep in je polsen
Winter is mijn vader: maak je zwaar op
En doe alsof je verliefd op me bent hoer
Begraaf me en kus me: breek ribben!
In stilte zal ik je hart en kut volspuiten
tempel me onzinnig
La u jou fui dedens la mer
Olga zal bij je blijven
Arkan beschermt lijf en land
Ga liggen en weet het hete zand
Onder je hals, elke zandkorrelkus
Zal voelen als een grassig orgasme
Weet je mijn vrouw mijn eerste melk
Ik aanbid je — ik wil je warmte lam
Drink je zoete smoel en verlies fles
En de zee neemt je ik groei en sterf
Laatste kus is begrepen: kriebel-klitje
De kapitein brult om zijn nieuwe bruiden
Hun handen mijn woorden de golvenzoen
Nemen de pijn mee waar je vader toelacht
Donkere harde lijven en kettingen geile muze
Ga, het is ok: zeeliefde zal je man begraven
Requiem for Ilyich
Zij zijn het lief…
Hun bange dolle ogen wisten
Me te boeien, cello’s vrijen hard
In je stoel orerend handen roerend
Stuiptrekkend haar natte kut kussend
Wees lief…
Waar zijn je vrienden nu Ilyich?
Zij gebruiken me al jaren lang
Dat is mijn steppe plicht en inkomen!
Ik lik de lauwe pis van je kale kop lijpe aap!
God zal je beteuren, het volk je besmeuren
Wil je m’n borsten nog één keer melken,
als ik je pen vaardig in je lege steppe kop druk?
Ik ben het lief: je hoer en —
dit is mijn allerlaatste kans
Onsterfelijk zijn -
begin maar te stinken Ilyich!
Ik ben het lief, wees lief
Snaren van huis
Alle vrouwen mooie vlinders hinderen
Geef me een lente kind, wacht vrank
Thomas zal onze volle borsten verleggen
Bach en korzonen de kardinaal omleggen
Weer een zuiger zullen moeders zeggen
Die ongeduldig mama zal ‘t kind minderen
Papa, Sigma in vrije tijd, laf zwoel krank
Plooit zusje haar polsen en breekt klank
Poseert voor buurvrouw: was taal mank?
Raven laven en pikken aan haar mooie zachte haartjes die nog net wilde groeien.
Het mes is zwart als ik de pezen laat bibberen en het elfje goedkeurend knikt.
De zee is met me als ik haar teruggeef en de Kozak zijn herenlied zingt.
Vrouw des huizes
Bandura vingerend sfeerde klanken avond
Natte haringen op je kleverige lijf giegelend
Moe kwijl je ze naar bed: klokje masturberen
In je mond spugen hoer: smeer lijf en kont
Ze huilden toen ik haar de tiet afsneed
Maar jij oogde me verliefd als een half kalf
Met bebloede borsten de reuzel liet smelten
En hongerige kozakken koket knaken klopte
Smeulende pijpen op je warme dijen
Herinneren ons aan warme dagen in Tirana
Waar je met alle rokende hanen zult vrijen
Mij de vaders van hun kerk laat verdwijnen
Mijn open huis is mijn vrouw: mijn liefde
Vier- en zestig accoorden klinken in je borst
Ik zal nooit vergeten: je tieten onder het kwijl
Vermaak klanten terwijl ik sterf in je armen
Geef ons heden dagelijks mijn vrouw
Wild wijf
Geen zon of zoon
Woord zonder moord
Geen maan laatst afwezig gilletje
Wil je geslagen worden vroeg hij bits
Laten we haar besmeuren en Loseb zoenen
1956, május en we moeten haar begraven
Kali is afgesloten nu komen harde jongens
Hub allerlaatste etudes die je strot volspoot
Ik was Oeljanov, die andere gruwel diet bedacht
M’n elleboog roert het harmonium, kalm en zorgzaam
Mogen zijn tanden je vertellen wat mijn sperma verhulde
Tante stinkt en zo dood als de kerk zoals vaders vader wilde
De harde jongens nemen je mee, maar wees niet bang wild wijf
Achilleshiel
De ziel die ons verbond is hiel
Zorg kent Vanka huilend, luisterend
Ze zal meegenomen, verkocht mal
Kozakken met een nieuwe vostaal
Kloppende aderen: blauwe lippen
Iedereen zag je liefdes ogen: mijn adem
Begreep mijn harde handen: rode mond
Tu sletterige non naakt in de kale duinen
Jij luba zal het ritme heupend bepalen
Met de wolven-vrienden ongelovigen honen
Kreunend mannen vertrappen zodra tranen
Je hete borsten vervuilen: mijn trotse namen
Mooiste vrouw ooit! Kwijlende mond en kut
Oekraïens snoepje met zoete tepels besmet
Blik dol en een hand vol zand en warm zaad
Een vloekende klit die niet vraagt: herhaald
Liefde perstte je in de borst in ruil geweld
Sorry dat ik verdween. Plicht roept zwoel
Grote Liefde, mijn eigendom in warm vlees
Ik ben achter de groene zon tot ik je koel
It is consummated
Estafette
Als aquarel vervaagd onze dure uren
Die je tomeloos besteedde aan mijn pik
Mijn Romeinse kon ik je noemen en verhuren
Altijd achteromkijkend, hij eerst, dan de andere
Je mooie blik rood geslagen wangen
Gaven je de moed de jongens te vervangen
Nero om ze me na sex ze te verhangen
Neha!
Het is mijn herringering gekopieert poepen
Valse adem van een afstant waargenomen
Wist je niet en niet ik ben in mijn hoofden?
God wees m’n kus af nu haat ik de meisjes
Fluit zonder normen, zhaad, verpleegsters^2
Hand in hand, wie ben jij? Mijn lach tand?
Mag je wel aan hun handen ruiken, grrr-hoer?
Het is Uw huwelijk bestraft, vreemd zaahd-1
Haar pis zal de brasems doen verkrullen
Klak maar ik verlies het einde: het ijzer wil
Nee! Stop me in je wolken melkjesdroom —
Mam zal huilen en haar kromme botten breken —
Het wolvenbroertje sterft in de fabrieken
N Niemand overleeft onze vieznee liefde
Наро́дная во́ля
Zullen we samen schrijven Sasha?
Vijanden verbranden en hun boekjes?
De ongelovigen ophangen aan hun draden?
Genadeloos broeders de strtot afsnijden!
Ik, nu, zal je naam zuiveren, ‘t hollands volk vertrappen!
Je zuster aanwijzen en haar huwen - haar polsen breken!
Kus me Sasha met je bebloede lippen
Romanum militem interficite
Tussen je wollen heupen mijn
bloedend oor je vruchten verzuipt
Je hartslag geeft me vertrouwen
Aan het roepen van de engel Frija
Ze wil me hebben, maar ik blijf jou trouw
Kus me —
Hou het blad evenwijdig aan de graat,
achter mijn sleutelbeen tot onder het hart —
druk me zonder spijt de grond in en spijker
mijn linkerhand aan de voordeur! Ik zal
altijd op jou wachten mijn cornea puella
A Husband’s Gaze
A fire burns, a carnal plea,
A hidden thirst, wild, and free.
To see her bare, her body claimed,
Another’s touch ignites the flame
Her breath, a gasp, a sultry moan,
Her whispered words, “I’m not alone.”
His voice, a growl, low and deep,
“Your body’s mine to taste and keep”
Her laughter spills, a wicked tease,
“Take me,” she dares, “do as you please.”
Their rhythm builds, their bodies press,
In waves of raw and sweet excess
I watch, enthralled, my senses reel,
Her cries, his groans, so sharp, so real.
Her gaze finds mine, a daring flame,
“My love,” she purrs, “this is no shame”
In passion’s height, we find release,
Our bodies trembling, love’s surcease.
His hands caress, her lips upturned,
A sacred act, where desires burned
Together spent, our tides collide,
Adorning her in love and pride.
She laughs, she glows, she wears our fire,
A goddess crowned in raw desire
This hunger shared, no bounds, no shame,
An untamed love, a wicked game.
For in this space, no rules confine,
Her pleasure is His — and yet, she’s mine
Klaarkomen
Er zijn geen goede mensen
Behalve die denken dat ze goed zijn
Gelukkig is jouw kut die ons een wereld geeft
Mijn klamme deken, zijn dikke penis
Wil je lachen of bloeden, wie weet pijn
Zoenen wil ik en je aankijken lief, ga niet weg
Laat me de plakkerige zooi van je opruimen
En een mooi liedje voor schrijven
De zon is er ook, anders sla ik je suf spuithoer
Beschluß
Ehre sei dir, Christe, der du littest Not an dem Stamm des Kreuzes für uns den bittern Tod, und herrschest mit dem Vater dort in Ewigkeit, hilf uns armen Sündern zu der Seligkeit. Kyrie eleison, Christe eleison, Kyrie eleison…
Heinrich Schütz